Wat Zit Er In Een Vaccin?

Door : | 0 Reacties | Op : 02-12-2021 | Categorie : SoSo Blog

O.a:

Cellijnen van menselijke embryocellen in vaccins

Voor de productie van vaccins die tegen virusinfecties beschermen, moeten virussen gekweekt worden in levende cellen. Voor enkele vaccins worden hier gekweekte menselijke embryocellen voor gebruikt. Het rodehond-vaccin is hier een voorbeeld van.

Gekweekte cellen worden gemaakt door een cel buiten het lichaam kunstmatig te laten delen. Je krijgt dan allemaal dezelfde cellen zonder steeds weer gebruik te maken van levende of dode dieren of mensen. De oorsprong van deze cellen gaat terug naar de jaren ’60 en het werk van de Amerikaanse arts Hayflick. Om de cellijn te starten, heeft hij longweefsel gebruikt van een foetus die na 3 maanden zwangerschap geaborteerd was. Die abortus had overigens niets te maken met de productie van vaccins. Sinds die cellijn in de jaren ’60 is gestart, zijn er miljoenen vaccins mee geproduceerd die veel ziekte en overlijdens hebben voorkomen.
Het basismateriaal van de cellijn is opgeslagen in een celbank. Dit basismateriaal wordt steeds opnieuw gebruikt om cellen uit te kweken voor de productie van het BMR-vaccin. Hierbij wordt nooit gebruik gemaakt van nieuwe foetussen. Bij de productie van vaccins met levend verzwakt virus moet het virus uit de cellen van de kweekbodem worden gehaald. Er kunnen sporen van de kweekbodem in het vaccin achterblijven, maar er komt geen DNA uit de kweekbodem in het vaccin terecht. Er zit dus geen foetaal DNA in vaccins.

Het beperkte gebruik van menselijk embryomateriaal voor vaccinproductie is uitvoerig ethisch onderzocht en geëvalueerd en verantwoord bevonden, onder andere omdat er geen alternatief is. In die jaren ’60 werd bij zwangere vrouwen met rodehond soms besloten tot een operatieve abortus als deze vrouwen twaalf weken zwanger waren. Foetussen afkomstig van deze abortussen zijn voor wetenschappelijk onderzoek beschikbaar gekomen bij het Wistar Institute (WI) in de VS.

Gelatine in vaccins

Gelatine is een eiwit dat gemaakt wordt van slachtafval van huid en botten, meestal van varkens. Dat slachtafval wordt schoongemaakt en opgelost in baden met verschillende scheikundige middelen. In vaccins wordt gelatine gebruikt om het product stabiele eigenschappen te geven. De vermelding E441 betekent dat het product gelatine bevat.

https://rijksvaccinatieprogramma.nl/vaccinaties/wat-zit-er-in

Plaats een reactie

:wink: :-| :-x :twisted: :) 8-O :( :roll: :-P :oops: :-o :mrgreen: :lol: :idea: :-D :evil: :cry: 8) :arrow: :-? :?: :!: